“Buut vrij!”
Door de ogen van een uitvaartleider…
De chauffeur en ik plaatsen de witte kist in de witte rouwwagen met glazen wanden. Ik vertel daarbij dat we een stille eenzame uitvaart zullen hebben vandaag. Het is de wens van de mevrouw die is overleden. Het past in haar beleving van haar aardse bestaan. Ze omschreef het zelf als ‘verstoppertje’.
Het leven speelde volgens haar te veel tikkertje. Zodoende was zij zich nog meer gaan verstoppen. Maar nu heeft zij het leven zelf een tik uitgedeeld. Zoals ze gepland had. In haar eigen tijd en tempo. Precies zoals ze wilde.
De melding van haar overlijden is via de recherche bij ons binnengekomen. Bij haar lichaam lag namelijk de wilsbeschikking die zij bij ons had laten opstellen. Aan de chauffeur en mij nu de taak om haar naar een ‘Buut vrij’ locatie te begeleiden, De Nieuwe Ooster in Amsterdam. Daar is ze gevoelsmatig veilig, heeft ze gezegd. Precies zoals ze wilde. Dicht bij haar moeder, die al heel lang geleden is heengegaan en van wie de as is uitgestrooid bij het bankje.
Mevrouw die verstoppertje speelde, heeft alle hersenspinsels over haar eigen dood en wat ze met haar nalatenschap wilde, door de jaren heen op papier gezet. En is vervolgens op zoek gegaan naar een uitvaartonderneming die zij wilde vertrouwen. Nog belangrijker, ze wilde een uitvaartverzorger waarbij ze geen verstoppertje hoefde te spelen, maar eerlijk ruw mocht zijn.
Na een uitvaart ruim een jaar geleden (die achteraf van haar beste vriendin geweest bleek te zijn), werd ik door mevrouw gebeld, met min of meer de mededeling dat ik ‘the one’ was. Dus ben ik destijds bij haar thuis langsgegaan, waar ze zich als een sprinkhaan bewoog tussen al haar spullen. Heel veel spullen. Antieke spullen. Gigantische rommel. Mooie spullen. Ramen dichtgeplakt met zwarte doeken. Boekenkasten vol met boeken, tot aan het plafond. In de hoek naast de deur hing een stoffige lijst met een brief van Koningin Victoria. Een antieke salontafel bezaaid met dossiermappen. Alle dossiermappen vol met zaken over de dood.
De woorden die ze toen sprak, rommelen nu kijkend naar de witte kist door mijn hoofd: “Ja, iedereen denkt maar dat ik een stumper ben Tasja, maar ik weet alles van dit leven! En ik ga mijn eigen gang. Mijn eigen dodelijke gang, dat wel. Maar ik ben er klaar voor. Ik ben er klaar mee. Het is goed zo. Ik zocht alleen nog iemand die zorgt dat het ook gaat zoals ik het wil, wanneer ik dood ben. En die mij aankan in de aanloop. Die eerlijk is, net als een dier. Want eigenlijk zijn alleen dieren eerlijk. En jij. Want dat heb ik gezien. Geloof mij, dat heb ik gezien. Jij bent een leeuw. Dus alleen jij mag bij mijn uitvaart zijn!” Ze presenteerde het alsof ik de loterij had gewonnen.
Wat volgde was een jaar lang contact over haar wilsbeschikking. Wanneer het haar uitkwam. Vaak midden in de nacht. Dan stuurde ze e-mails of appjes. Dan wilde ze haar sieraden omhouden. Dan moest het allemaal af. Of ik ook de inboedel kon regelen. En of ik zes muziekstukken zou willen afspelen in een lege aula met alleen haar in een witte kist. Zonder bloemen. Op de kist moet de akte van overlijden van haar moeder komen te liggen. Bij het laatste bezoek aan haar, kreeg ik een door haarzelf in elkaar geflanste rouwkaart mee. Wel met de duidelijke mededeling dat de kaarten pas verstuurd mochten worden als ze ‘veilig’ was.
De rouwwagen rijdt met gepaste snelheid vroeg in de ochtend, dwars door Amsterdam. Zoals het tegenwoordig meestal gaat in de drukte van Amsterdam, kijkt niemand meer op of om.
‘Het verstoppertje spelen kan gewoon doorgaan’, zeg ik in mijn hoofd. De fietsers, wandelaars, hardlopers en scooterrijders hebben geen idee en razen aan de rouwwagen voorbij alsof het de gewoonste zaak van de wereld is. Iets in mij roept om erkenning voor degene die wij begeleiden. Bezinning. Respect. Iets…
Vlakbij De Nieuwe Ooster op de drukke Kruislaan, valt mijn oog op een mevrouw die met enige moeite een rolstoel duwt waar een meneer in zit. Beiden zijn op hoge leeftijd. De man gebaart iets naar de vrouw. Ze draait de rolstoel abrupt naar de kant van de weg en zet deze op de rem. Ze overhandigt meneer een wandelstok. Meneer plaatst zijn handen op de stok en trillend gaat hij staan. Weliswaar krom, maar hij staat. Hij plaatst zijn rechterhand strak naast zijn hoofd op het moment dat de witte rouwwagen voorbij rijdt. De vrouw buigt.
Ik voel plaatsvervangende trots en plaatsvervangend respect voor een Amsterdammer die dood is gegaan. Die verstoppertje speelde en het leven een laatste tik gaf. Ik knik naar meneer en mevrouw. Er is een wederzijds gevoel van respect in alle anonimiteit. “Je bent nog steeds veilig…” fluister ik.
Bij De Nieuwe Ooster is het stil. Leeg en verlaten. Ik neem de setting in mij op. Waar het normaal vol staat met nabestaanden, staat nu alleen de witte rouwwagen bij de poort. Ikzelf sta ervoor. Op dat moment gaan de deuren van de aula open. De medewerkers van DNO stappen samen naar buiten. Ze kijken mij aan en knikken. Het is een eervol onthaal voor een mevrouw die in stilte wil gaan. In passende langzame tred loop ik voor.
De witte kist staat in de lege aula. Ik leg er enkele spullen op. Ook de akte van overlijden van haar moeder. Precies zoals ze wilde. Ik lees haar verhaal voor. Precies zoals ze wilde. Ik speel de muziekstukken loeihard af. Precies zoals ze wilde.
Bij de crematieovenruimte leg ik het vuurvaste steentje op de kist. Ik druk op de knop, waarna de deuren opengaan en de kist erin wordt geschoven. Bij het sluiten van de deuren zeg ik zachtjes:
“Buut vrij…”
Natascha Honigh Madrid
Stichting Begrafenis Executeur heeft in samenwerking met Dunweg Uitvaartzorg de uitvaart verzorgd en zorg gedragen voor de afwikkeling van mevrouws nalatenschap, volgens haar eigen vastgelegde wensen. Een van die wensen is dat het resterende geld uit haar naam wordt geschonken aan Stichting Dierenlot/Dierenambulance. Haar zelfontworpen kaart is ter kennisgeving na de uitvaart verzonden.